Hoofdpijn van het brein?
Dagelijks werk ik in bedrijven, waar ik me focus op gedrag omdat er al genoeg mensen bezig zijn met IT en Finance. En omdat ik een bizarre liefde heb voor mensen in werksituaties, net als veel managers en trainers trouwens. Daar zie je weer andere kanten van mensen dan op de camping, de voetbalvelden, de golfterreinen en tijdens zwangerschapsyoga.
Ik kom in mijn werk al die dingen tegen die medewerkers managers hoofdbrekens bezorgen. Waarom geven die medewerkers elkaar nu geen feedback? En waarom zijn die directies maar steeds aan het roepen dat er open moet worden gecommuniceerd terwijl ze zelf in de mist van stilzwijgen hullen? En hoe krijgen we die botte collega nu eens in een vriendelijker stand? En bij veranderingen: vanwaar toch die weerstand? Waarom doen mensen niet gewoon wat we van ze vragen?
Op die vragen zoek je als integere cultuurbeinvloeder uiteraard antwoorden. Waar zitten de knoppen bij mensen? Hoe krijg je ze intrinsiek gemotiveerd? Als je zulke vragen stelt staan er gelijk managers en trainers op die je uit gaan leggen hoe je moet doen. ‘Gewoon even druk zetten’. Of juist ‘Even met ze in gesprek’. Duidelijkheid geven en veel aandacht voor ze hebben.
En dan toch zie je nog steeds mopperende medewerkers en klagende leidinggevenden die zich ergeren aan weerstand. Kennelijk is het moeilijk. En niet zomaar even gedaan. Met dat vraagstuk houd ik me nu zo’n jaar of 20 bezig. Begonnen in de tijd dat training een florerende business was en het geloof in cultuurverandering sky high, trainde ik samen met mijn deelnemers modellen in.
Dat doe ik nog steeds, maar ik doe het anders. Ik ben in de loop van de afgelopen 20 jaar het brein erbij gaan betrekken. En nadat ik twee jaar geleden Bert’s breinboek voor managers en trainers voltooide, ben ik verder gaan kijken naar de vraag hoe de menselijke ‘mind’ werkt. En ik ben niet snel tevreden. Ik denk namelijk dat de vragen van managers en medewerkers die ik hierboven beschrijf te maken hebben met ons mensbeeld. En dat is hard aan innovatie toe.
Mijn boek Het Flitsbrein laat zien hoe wij mensen met dingen omgaan. Dat leidt tot grappige voorbeelden en indrukwekkende hoogstandjes van menselijk gedrag. In mijn research voor Het Flitsbrein ben ik namelijk een van de interessantste eigenschappen van ons brein tegengekomen: het razendsnel samenvoegen van informatie tot een oplossing voor een probleem.
Met name die snelheid is indrukwekkend. Hij verrast ons zo dat we honderdduizenden jaren niet geloofden dat dit uit onszelf kon komen. We hebben nogal eens gedacht dat het om iets spiritueels of goddelijks ging. Later noemden we het intuitie. En door je er goed in te verdiepen zal je dagelijkse omgang met dingen aanzienlijk verbeteren. Een spannend spel tussen vertrouwen in jezelf en sceptisch zijn over jezelf is het resultaat. Ja, en mijn boek is daar een goede gids in, zeg ik in alle bescheidenheid.