Ben je oprecht, dan is marketing amper nodig
Onlangs lazen wij een interessant artikel in Communicatiemagazine over DSW Zorgverzekeraar. Steeds meer mensen kiezen voor deze dienstverlener, die al jaren op rij als beste scoort op tevreden klanten. Wat betreft de communicatieaanpak worden niet echt de handboeken gevolgd die hierover zijn geschreven.
Communicatieadviseur Amanda den Hertog wordt in dit artikel geïnterviewd. Vrijwel alles wat Den Hertog in haar communicatieopleiding heeft geleerd, moest ze herzien. Bij de verzekeraar worden geen doelgroepen gesegmenteerd, geen campagnes gevoerd, geen strategische communicatieplannen geschreven en geen kennis-, houding- en gedragsdoelstellingen gesteld. Gaten tussen imago en identiteit worden niet gedicht, kennelijk is dat helemaal niet nodig.
Eenvoud
De eenvoud waarmee door DSW succes wordt verkregen, steekt nogal af bij al die andere bedrijven die vol uitpakken met de meest uiteenlopende marketingpraktij-ken. Het budget beschikbaar voor marketing is verwaarloosbaar. DSW is een mooi Nederlands voorbeeld, maar het is zeker niet de eerste club die bestaansrecht heeft gekregen zonder veel energie en geld te stoppen in het creëren van belevenissen. Donutmaker Krispy Kreme lukte het zonder één eurocent door zich puur te richten op klantenservice. Chilisaus van Sriracha werd zonder één advertentie wereldwijd de meest bekende en gebruikte hete saus. De Amerikaanse winkelketen Costco groeide uit tot een van de grootste in de Verenigde Staten. Dichterbij huis is het Spaanse Zara, een van de grootste moderetailers ter wereld, ook een mooi voorbeeld.
Tinderfoto
Den Hertog vraagt zich terecht af wanneer we zijn begonnen met denken dat er veel geld en arbeidskracht nodig is om een bedrijf te positioneren in het hoofd van de door ons gekozen doelgroep. ‘Hoe naïef schatten we deze doelgroep in door te denken dat zij je gaan vertrouwen wanneer je met gelikte advertenties komt en creatief bedachte producten die juridisch nog net zijn toegestaan. Hoe ver kom je met een overbewerkte tinderfoto tijdens een eerste date?’ aldus Den Hertog. Dat DSW het niet alleen bij mooie woorden laat op hun website, blijkt uit veel producten die zij niet aanbieden terwijl concurrenten dat wel doen. De budgetpolis is zo’n voorbeeld. Deze richt zich op jongere en gemiddeld gezondere mensen die het niet erg vinden om keuzevrijheid voor een lagere premie in te ruilen. Ook polissen die de vrije artsenkeuze inperken, zijn uit den boze.
Chris Oomen, directeur van DWS, neemt geen blad voor de mond en trad de afgelo-pen jaren regelmatig op in de media. Van Zembla tot het Buitenhof, waar hij praktij-ken en producten van de overige verzekeringmaatschappijen bekritiseerde. Andre Rouvoet, voorzitter van de branchevereniging van verzekeraars schreef ooit een boze brief naar Oomen, waarvan ook een kopie werd gestuurd naar zijn toezichthou-ders. In deze brief werd het optreden van Oomen ter discussie gesteld. Aanleiding hiervoor was een ingezonden stuk van Oomen in de Volkskrant waarin hij waar-schuwde voor de gevolgen van het inperken van de vrije artsenkeuze. In het tv-programma Buitenhof lichtte hij deze gebeurtenis toe.
Communicatie en Ethiek
Waar het vooral om gaat bij DSW is het vasthouden aan principes en waarden. Bij elke beslissing vraagt de verzekeraar zichzelf eerst af of de mens (niet eens alleen de eigen klant) er beter van wordt en of het wel recht doet aan het bestaansrecht. En dat is nu precies wat de afgelopen jaren steeds belangrijker is geworden. Er is name-lijk een groot gebrek aan vertrouwen bij de consument en tegelijkertijd een grote behoefte aan moraliteit. Het lukt echter veel bedrijven maar niet om hier op aan te sluiten omdat ze denken en communiceren vanuit eigen belang (en financieel gewin). In ons nieuwe boek Communicatie en Ethiek pleiten wij voor een aanpak die DWS kennelijk geen windeieren legt. Beter dan Den Hertog kunnen wij het niet omschrijven: ‘Een bedrijf moet oprecht zijn in zijn intenties. Doe lief, wees oprecht en integer, ook als niemand kijkt. Dan kun je je marketingcommunicatie aan je klanten uitbesteden die het voor niks willen doen.’ Met name die tusssenzin ‘vooral als niemand kijkt’, is essentieel. Want dan is het namelijk niet alleen voor de bühne.